Groente fermenteren: het klinkt veel moeilijker dan het is. Eigenlijk is het niets meer dan groente fijnsnijden, mengen met Keltisch zeezout en wat water en dan een tijdje laten staan. Het mooie is dat er dan melkzuurbacteriën ontstaan. Die zijn fantastisch voor je darmen.
Hoe ga je te werk (te weck 😉):
- Neem 2 schone weckpotten, van een liter, per kool.
- Spoel de buitenkant van de kool even snel schoon.
- Leg het buitenste blad apart.
- Snijd de kool in reepjes.
- Strooi wat zout op de bodem van de pot.
- Leg een laag kool van ongeveer 3cm in de pot.
- Bestrooi weer met flink zout.
- Herhaal tot de pot vol is. Duw goed aan.
- Voor een lekkere variatie strooi je kerriepoeder door de witte kool, en kaneel en kruidnagel door de rode kool.
- Zorg dat er geen zuurstof bij de kool kan komen. Duw bijvoorbeeld een stuk van het apartgehouden blad op de kool.
- Laat het een dag staan op het aanrecht.
- De pot zal langzaam vollopen met vocht uit de kool. Vul het na een dag aan met gezouten water tot de kool onder water staat. Kantel de potten even zodat de inhoud goed mengt. (met het deksel erop uiteraard 😉)
- Duw de kool weer aan, leg het deksel losjes op de pot en laat nog een dag staan.
- Verwijder het stuk blad dat bovenop ligt en duw de kool een laatste keer naar beneden.
- Nu kunnen de potten in de voorraadkast en na een paar weken kun je de kool eten.
- De kool hoort friszuur te ruiken en smaken. Ruikt het afstotelijk dan is er iets misgegaan. Een wittig laagje op de bodem is juist een goed teken.
De gefermenteerde kool smaakt heerlijk als salade met appel, walnoten en rozijnen. Zie recept!
p.s. het vocht dat in de pot zit kun je prima gebruiken om de zelfgemaakt mayonaise (recept: zie site) houdbaar te maken.